mei 24

0 comments

De lege regisseursstoel

By Peter Hovens

mei 24, 2021


In zijn toespraak in de Tweede Kamer op de derde dinsdag in mei (Verantwoordingsdag) verwees de President van de Algemene Rekenkamer – Arno Visser –  naar een rapport uit 2009 van toenmalig Kamervoorzitter Gerdi Verbeet.

Dat rapport had als titel: Vertrouwen en zelfvertrouwen, Uitkomst en vervolg parlementaire zelfreflectie. Een van de aanbevelingen uit dat rapport was om als Kamer vaker gebruik te maken van de mogelijkheden die adviesraden, planbureaus en Hoge Colleges van Staat bieden.

De praktijk is echter dat deze adviezen doorgaans worden uitgebracht aan de regering en niet aan de Tweede Kamer. Ik heb verder de indruk dat die adviezen niet of nauwelijks ter harte worden genomen. 

De Algemene Rekenkamer rapporteert overigens aan zowel de regering als de Staten-Generaal. Ik snap trouwens niet waarom de aanbieding en de toespraak niet plaatsvinden in een gezamenlijke vergadering van de Staten-Generaal, zoals dat ook bij Prinsjesdag gebeurt, maar dat terzijde.

Visser zei onder andere het volgende: ‘Wij bieden u vandaag 22 rapporten vol mogelijkheden aan (om zelfvertrouwen te herwinnen, ph). Het is onze rol in die rapporten relevante zaken voor het voetlicht te brengen, bijzonderheden in de schijnwerpers te zetten en uit de coulissen te halen wat vergeten dreigt te worden. Maar uw Kamer zit op de regisseursstoel’.

Een daar slaat de voorman van de Algemene Rekenkamer de plank mis. De Tweede Kamer zit namelijk niet op de regisseursstoel, maar zou daarop behoren te zitten.

Om bij de metafoor van het toneel te blijven. De regisseursstoel is bijna leeg, vrijwel alle 150 mensen die daarop zouden moeten zitten, hebben die stoel verlaten. Ze zaten te kijken naar de hoofdrolspelers (kabinetsleden) op het podium en dachten: ‘Wij kunnen het beter en we gaan ons ermee bemoeien’. 

Vervolgens zijn ze uit de stoel gestapt en op het podium gekropen om samen met de hoofdrolspelers het spel te spelen. Dat laten de hoofrolspelers niet echt toe, waarmee ze de extra acteurs veroordelen tot een bijrol zonder betekenis.

Wie heeft dan de regie in handen? Niemand. De hoofdrolspelers zien zichzelf als een zelfsturend team. Ze doen en laten wat ze willen en hebben geen boodschap aan de kreten die een zeer beperkt aantal achterblijvers op de regisseursstoel laten horen.

En de toeschouwers? Zij kijken vertwijfeld naar wat zich op het toneel afspeelt. Het toneelstuk dat wordt opgevoerd is toch niet waar ze voor naar de schouwburg waren gekomen? Er was een voorstelling van de hoogste kwaliteit beloofd, waar je als toeschouwer ook mocht meedoen. Niets van dat alles.

Op het toneel krioelt het van de spelers. Ze acteren met de rug naar de zaal. Contact met de toeschouwers is er niet. De teksten die de acteurs opdreunen zijn onbegrijpelijk; de toon van de dialogen hebben een ruzieachtig karakter.

Soms verdwijnen acteurs achter de coulissen en niemand legt uit wat ze daar doen.

Af en toe staat een hoofdrolspeler op en gooit een emmer leeg over de zaal. De inhoud van de emmer sluit niet aan bij de verwachting van de toeschouwers. Ze wilden zich laven aan meer geluk en welzijn, maar een stroperige substantie valt hun ten deel. De meeste toeschouwers lopen hierin vast; een enkeling weet ervan te profiteren. Solidariteit is ver te zoeken.

Stilaan verlaten de toeschouwers gedesillusioneerd de zaal …

Peter Hovens
Coöperatie SamenWereld

Peter Hovens

About the author

Peter is bestuurskundige en werkt als consultant voor de (semi-)overheid. Peter is gespecialiseerd in het leiden van veranderingsprocessen, waarbij het grondvlak van de samenleving steeds het vertrekpunt is.

{"email":"Email address invalid","url":"Website address invalid","required":"Required field missing"}

You might also like

Ontvang de nieuwe  blogs via e-mail